Marktwaarde vs. eindstand (CPL): een duidelijke 'overachiever' en een duidelijke 'underachiever'

Sport | Nu de eindstand van de Challenger Pro League helemaal vastligt is het wel eens interessant om te kijken welke teams naar de verwachtingen van hun marktwaarde hebben gepresteerd en bij welke ploegen er toch wel stevige verschillen zijn tussen deze twee factoren.

Door Pickx

Gepubliceerd op 19.05.23

Minder dan 1min

Voor de helft van de teams lagen de twee factoren min of meer in balans. Ze eindigden ongeveer op de plaats waar de totale marktwaarde van hun ploeg ook gesitueerd werd door het toonaangevende transfermarkt.be. Daarbij onder meer de twee uitblinkers van de reeks; RWDM en SK Beveren. De Brusselaars hadden ook de meest waardevolle kern terwijl de Waaslanders op een derde plek stonden.

Enkel Lommel had zich daar nog tussen gepositioneerd en daarmee zijn zij - gezien hun uiteindelijke zevende plek - de grootste underachievers van het seizoen. Voor het overige stonden alle ploegen van de Promotion play-offs ook gewoon in de top zes bij de marktwaarden; behalve Lierse.

De troepen van Tom Van Imschoot hadden de op één na laagste totale marktwaarde en mogen zich dan ook de grootste overachierver noemen. Ook Dender EH deed het beter in realiteit dan op papier; Jong Genk, SL16 FC en Virton deden het dan weer minder goed.

Marktwaarde vs. eindstand

1. RWDM (1e): 13,1 miljoen euro (=)
2. Lommel (7e): 12,1 miljoen euro (-5)
3. Beveren (2e): 10,4 miljoen euro (+1)
4. Club NXT (3e): 8,4 miljoen euro (+1)
5. Beerschot (4e): 8,3 miljoen euro(+1)
6. RSCA Futures (6e): 7,9 miljoen euro (=)

7. SL16 FC (10e): 7,4 miljoen euro (-3)
8. Jong Genk (11e): 7,1 miljoen euro (-3)
9. Deinze (8e): 7,0 miljoen euro (+1)
10. Virton (12e): 6,7 miljoen euro (-2)
11. Lierse (5e): 5,2 miljoen euro (+6)
12. Dender (9e): 5,0 miljoen euro (+3)