Twee Belgische zangeressen treden aan in halve finale van Koningin Elisabethwedstrijd
Uit de 412 kandidaten tussen de 18 en 33 jaar oud maakte de jury, onder leiding van Bernard Foccroulle, een selectie van 68 zangers. Na een aantal afzeggingen bleven er nog 55 deelnemers - 40 vrouwen en 15 mannen - over. Naast Coppens (1993) en De Valensart (1991) werden ook de Belgische mezzosopraan Lotte Verstaen (1996) en sopraan Kelly Poukens (1992) geselecteerd, maar zij strandden in de eerste ronde.
De halve finale gaat woensdag/vandaag om 15.00 uur van start met optredens van zes kandidaten. Om 20.00 uur volgt een tweede blok met nog eens zes kandidaten, onder meer De Valensart en Coppens. De tweede halvefinaledag op donderdag volgt dezelfde planning. De halvefinalisten - vijftien vrouwen en negen mannen - hebben elk twee recitalprogramma's van ongeveer twintig minuten voorbereid. De jury heeft daar één recitalprogramma uitgekozen en brengt de kandidaten ongeveer 29 uur voor hun optreden van haar keuze op de hoogte.
Van donderdag 1 juni tot zaterdag 3 juni treden de twaalf overgebleven finalisten vervolgens op in de Brusselse Bozar. Dan worden ze begeleid door het Symfonieorkest van de Munt onder leiding van Alain Altinoglu. Zaterdagavond, na het optreden van de laatste finalist, wordt uiteindelijk de rangschikking van de laureaten bekendgemaakt.
Het is van 2018 geleden dat de Koningin Elisabethwedstrijd in het teken stond van zang: toen werd de Duitser Samuel Hasselhorn de eerste laureaat. In 2024 draait het concours weer om viool.