Beveren vangt bot bij klacht over niet-afgelasting van wedstrijd in Virton
Beveren oordeelde dat er verschillende inbreuken werden gepleegd op het bondsreglement (ongeschikt speelveld, gebrek aan inspanningen bij Virton om het speelveld klaar te krijgen, een ref die onder druk werd gezet om de match te laten plaatsvinden, fysieke integriteit van de spelers niet gewaarborgd, ...) en diende daarop een klacht in.
Tijdens de zitting betwistte Virton de aantijgingen aan hun adres terwijl ook de Kalendermanager van de Pro League toelichting gaf over bepaalde beslissingen. Daarop analyseerde de Disciplinaire Raad alle pleidooien en verklaarde het de klacht van Beveren ontvankelijk, maar ongegrond.
Hieronder vindt u de motivatie van de Disciplinaire Raad terwijl u HIER het volledige verslag vindt.
3.3.2 Wat betreft het eerste middel (ongeschiktheid)
Artikel B6.19 stelt onder meer dat een veld ongeschikt is als er zich hindernissen op het speelveld bevinden, als er geen correcte afbakening is of als de lijnen uitgevoerd zijn door het maken van greppels. Op grond van het dossier kan de DRP niet besluiten dat het veld ongeschikt was om te spelen. Op de zitting werd uitdrukkelijk aan de heer PIRARD, scheidsrechter gevraagd of de lijnen goed zichtbaar waren. Hij heeft daarop geantwoord dat de club R. Exc. Virton het nodige gedaan heeft om de lijnen goed zichtbaar te maken. Er waren verder geen hindernissen of gebreken in de zin van artikel B6.19. Het eerste middel is dus ongegrond.
3.3.3 Wat betreft het tweede, vierde en vijfde middel (onbespeelbaarheid)
Ook al stelt de DRP zich vragen bij de diverse beslissingen welke werden genomen in dat weekend van 17.12.2022, dient de DRP zich te steunen op de gegevens van het dossier bij het toetsen van artikel B6.119 van het Bondsreglement en dit enkel betreffende de onderhavige wedstrijd.
Hierbij is de verklaring van de scheidsrechter van cruciaal belang bij de beoordeling van deze middelen. Verder moet de DRP zich steunen op de aangebrachte foto’s en beelden. Rekening houdende met de uitdrukkelijke verklaring van de scheidsrechter, rekening houdende met de bijgebrachte beelden en foto’s, is de DRP van oordeel dat de scheidsrechter een juiste beslissing heeft genomen door te oordelen dat het veld bespeelbaar was.
Hij heeft immers op de dag zelf zowel in de voormiddag als in de namiddag het veld grondig gecontroleerd, waarbij hij in totale onafhankelijkheid geoordeeld heeft dat het veld bespeelbaar was. De foto’s en beelden laten niet toe om tot een andere beslissing te komen. De DRP is van oordeel dat de waarden van het voetbal niet in het gedrang zijn gekomen (artikel B6.47) vermits de scheidsrechter van oordeel was dat de fysieke integriteit van de spelers niet in gevaar was en deze de best geplaatste persoon was om hierover in concreto te oordelen.
De DRP kan volgens artikel B6.22 niet oordelen of de club R. Exc. Virton al dan niet voldoende gedaan heeft om het veld bespeelbaar te maken. De DRP wijst er echter op dat veldverwarming in afdeling 1B niet verplicht is.
De DRP is ook van oordeel dat er geen disproportioneel nadeel is gecreëerd ten nadele van de club Waasland-Beveren. De wedstrijd is normaal verlopen. Beide teams hebben met dezelfde wapens gestreden. De andere wedstrijden die wel werden afgelast, zullen moeten verschoven worden zodat het niet uitgesloten is dat de betreffende clubs twee wedstrijden in één week zullen moeten spelen.
Ook het tweede, het vierde en vijfde middelen zijn bijgevolg ongegrond.
3.3.4 Wat betreft het derde middel (keuring van het speelveld)
De club Waasland-Beveren stelt tot slot dat de keuring van het veld uitgevoerd werd door een onbevoegd persoon. De al dan niet voorafgaandelijke keuring door een bevoegd persoon van het departement veiligheid van de KBVB kan geen verandering brengen aan dit dossier. Het bewuste artikel B6.37 is trouwens een algemeen artikel en is bedoeld om na te gaan of een club beschikt over een stadion welke voldoet aan de normen van de reglementaire bepalingen en dit slaat zowel op de infrastructuur als op veld zelf (vb. lengte, breedte, verlichting, etc.). Het gaat dus niet over deze specifieke omstandigheid (keuring van het veld vóór de aanvang van de wedstrijd), hetgeen door de scheidsrechter dient te gebeuren. De controle door een scheidsrechter is in casu door de Kalendermanager vroegtijdig aanbevolen als voorzorgsmaatregel omwille van de vriestemperaturen, maar de uiteindelijke eindbeslissing ligt bij de aangeduide scheidsrechter van de desbetreffende wedstrijd. P
OM DEZE REDENEN, Verklaart de Disciplinaire Raad voor het Profvoetbal de vordering van de club K RS Waasland Beveren ontvankelijk, doch ongegrond.