Blu Samu, koppig rechtdoor. “Ik voel dat mijn eigen pad het juiste is.”

Muziek | ‘Wat weet je over Salomé Dos Santos?’ Mocht het een vraag zijn in ‘De Slimste Mens ter Wereld’, dan zijn we er zeker van dat de kandidaat die ze krijgt de termen Blu Samu, Le77, Antwerpen, hip-hop, rijzende ster, ‘7’, Portugees … de ether in zwiert. Moch dat niet het geval zijn, dan moet de kandidaat dringend zijn kennis van de vaderlandse muziek bijspijkeren, want Blu Samu is goed op weg om een van Belgiës muzikale sterkhouders te worden. Met haar recent verschenen EP ‘7’ bereikt de 28-jarige artiest stilaan de muzikale wasdom.

Door MF

Deel dit nieuws

‘I run’. Dat is de song waarmee Blu Samu in 2017 de neus aan het venster stak. Autobiografisch, werelds. Anno 2023, 6 jaar naar die eerste worp, staat ze een pak verder: ze mocht onlangs opdraven in De Toots Sessies op Canvas, waar ze – geflankeerd door 2 straffe muzikanten – de opnamestudio liet baden in een bijzonder aanstekelijke feeststemming. Het spelplezier spatte van het podium. 

“Ik ben blij dat je dat zo ervaren hebt”, zegt Salomé op een mooie winterse dag. “We waren alle drie enorm excited, en hebben echt genoten van die sessie. Ik vond het een eer en een genoegen om er te zijn. We hebben ons erg geamuseerd.” 

Er bestaat een uitdrukking die het gevoel dat je overbracht helemaal vat: ze heeft de lach aan haar gat hangen. De blijdschap, het geluk en de goesting waren op je gezicht te lezen. 
“Ja (lacht uitbundig)! Helemaal. Het was best wel spannend, omdat we nu pas met de liveband aan het spelen zijn. Ook daar ben ik zeer blij mee, want ik weet me geflankeerd door twee zeer straffe muzikanten: Praa (Marion Lagassat – keys, bas, gitaar) en Samuel De Vleeschouwer (drum). Toen ik Praa voor het eerst zag tijdens een repetitie, was ze zeer goed voorbereid, en had ze al een paar nummers ingeoefend. Sam heb ik leren kennen tijdens mijn residency in de Botanique en toen wist al: als ik ooit live speel, wil ik hem erbij. Zeer gedreven en getalenteerd. Het is een droom om met zulke muzikanten te kunnen werken.” 

Tussen 2017 en vandaag heb je al een aardig parcours afgelegd. Je timmert al zes jaar hard aan de weg, maar je liet je onlangs ontvallen dat een muzikale carrière na tien jaar werken pas echt vorm krijgt, een idee dat je ingefluisterd kreeg door Sam Tiba, de producer met wie je samenwerkte voor ‘7’. Nog vier jaar en dan: to stardom! 
“Ik vond dat een bijzonder wijze uitspraak, omdat het echt wel zo lang kan duren voor je jezelf helemaal op de kaart gezet hebt. Het gebeurt dat je na tien jaar een song releaset die je van onder de radar tot boven de wolken katapulteert en zo je hele carrière lanceert. Er is een portie geluk mee gemoeid, maar ik geloof dat hard werken en jezelf blijven uitdagen ook loont. Dat is alleszins wat Sam gedaan heeft tijdens de opname van ‘7’. 'He did not take anything for granted'. Als hij vond dat een bepaalde lyric niet goed bekte, dan liet hij me dat weten. Hij heeft me enkele keren echt uit mijn comfortzone gehaald. Maar dat is goed, want het is maar door tegen bepaalde zaken aan te botsen dat je scherp blijft.” 

Het leven, een uitdaging 
“Of het leven een uitdaging is? Het mijne is dat toch wel al een paar geweest, ja. Het is nog steeds zo, maar dan op een ander niveau. Ik ben vandaag vooral bezig met mijn innerlijke ik, met wat soulsearching, zelfreflectie. Andere mensen zijn daar rond hun 20ste mee bezig, bij mij heeft het iets langer geduurd. Het gaat dan vooral om vragen als: wat hou ik over van mijn opvoeding, wat gooi ik overboord, wie ben ik zelf en wat wil ik nu precies? De voorbij drie jaar heb ik ontdekt dat ik mijn gevoel mag volgen, dat dat een veilige keuze is. Ik heb lange tijd gefocust op de buitenkant, in wat ik wilde tonen, nu is de binnenkant aan de beurt. Ik heb het gevoel dat alles nu eindelijk wat op zijn plek valt.” 

Je bent alleszins de kaap van de 27 gepasseerd, zonder kleerscheuren. 
“Ja, liever geen ‘Club of 27’ voor mij, dank je. Ik ben geen getormenteerde artiest. Wat niet betekent dat ik ver weg blijf van moeilijke thema’s, over grote levensvragen.” 

Over levensvragen gesproken: op ‘7’ schurk je met ‘Amor’ wat aan tegen fado. Een ingetogen song die een ander facet van je artiest zijn belicht. 
“Iets wat ik jaren geleden niet aangedurfd zou hebben, denk ik. Ik voel me nu zelfverzekerd genoeg om het wel te doen. Als jong meisje heb ik heel veel naar fado geluisterd. Dat kon moeilijk anders: in Portugal hoor je op elke hoek van de straat wel een fadista. Voor mij was het vooral Mariza’s song ‘Meu Fado Meu’ die me geïnspireerd heeft. Dat lied heeft, toen ik nog thuis bij mijn moeder woonde, echt lang op repeat gestaan.” 

Er zit een grote poëtische zeggingskracht in. Logisch, zouden we haast denken, want als 17-jarige schreef je al slam poetry.
 “Ik heb altijd al verhalen geschreven, van kinds af. Toen ik 17, 18 was, wilde ik wel zingen, maar durfde ik niet goed. Ik vond mijn zangstem niet ok. Het alternatief was slam poetry, waarmee ik mijn teksten wél kon brengen. Het was voor mij ook de opstap naar rap en hiphop, en de aanleiding tot mijn kennismaking met de Brusselse scene rond Le77. En daar stond ik plots, songs te schrijven in 16 maten, en te rappen.”

Blu Samu is een rapper

“Ik denk dat het voor mensen soms wat moeilijk was om mij in een bepaald genre te plaatsen. Het is lang alle kanten uitgegaan. Ik werd een tijdje beschouwd als rapartiest, maar dat vond ik een paar jaar geleden al te eng. Ik was toen erg zoekend en ging alle kanten op. In mijn hoofd was het een redelijke chaos. Ik rapte, freewheelde over harde elektronica, exploreerde r&b … Ik verhuisde van Antwerpen naar Brussel, leerde Le77 kennen, en werd opgenomen in hun crew. Het was een heel leerrijke periode, ik ben het die gasten echt dankbaar dat ze me zoveel liefde en vertrouwen gegeven hebben. Maar op een bepaald moment voelde ik dat ik opnieuw naar Antwerpen moest, terug naar de roots. En dat was een goeie keuze, want het is in Antwerpen dat ik mijn echte stem aan het ontdekken ben. Wat ik nu doe, is veel meer van mij, het is veel meer Blu Samu.”

Toen je onlangs op Rock en Seine stond, slaagde je erin om 400 mensen naar je concert te lokken, net op het moment dat ook Stromae speelde. Andere, zelfs meer ervaren muzikanten zouden wellicht bedankt hebben voor dat slot, jij niet.  
“Neen, ik vond dat een bijzonder fijne uitdaging en het feit dat er toch 400 man kwam kijken, die bovendien het gros van de teksten kende. Dat gaf me enorm veel voldoening. Ik beschouw dat optreden nog steeds als een grote win. Het was echt een coole kans en ik heb ze met beide handen gegrepen. Voor mij was het absoluut geen competitie met Stromae.” 

En Frankrijk drukt je aan de borst. 
“Ja, dat is waar. Het loopt wel lekker daar. Ik voel me er alleszins heel erg welkom. De timing zit goed. Ik denk dat ik daarvoor de bands en artiesten die me voor gingen voor een stuk dankbaar moet zijn: Roméo Elvis, Angèle, Stromae, Arno, Damso … ze hebben het pad toch geëffend of getoon dat er in België heel wat talent zit, vooral in Brussel dan. Watch out France, Brussels is coming!” 

Geloof in je pad! 

“Ik heb altijd geloofd dat het pad dat ik volg me wel zal brengen waar ik wil belanden. Er zit een grote eigenzinnigheid in wat ik doe. En ik ben slecht in het volgen van goede raad, haha. Als mijn platenfirma me zegt: Salomé, je moet dan een single releasen, want dat kan zorgen voor die ontwikkeling, en het past in de strategie en je carrièreplanning, dan denk ik meteen: nope. Strategieën, marketing, uitvogelen wie nu hip & happening is en het spelletje helemaal meespelen, dat is niet aan mij besteed. Ik wil mijn eigen pad volgen, en vooral waarachtig blijven. Oprechtheid vind ik heel belangrijk. Ik zal mijn publiek wel vinden door te doen wat ik graag doe, en niet door een of andere slimme strategie te volgen. Ik wil het op mijn manier doen, wat niet wil zeggen dat ik niet dankbaar ben voor de kansen die ik krijg en de mensen die hard aan de kar trekken, hé.” 

Nog een uitsmijter: in je nek staat 16977 getatoeëerd. Dat kan van alles zijn, maar er hangt wellicht een verhaal aan vast?  
“Ja, ik heb altijd al iets gehad met het cijfer zeven. En Le77 is heel belangrijk geweest in een bepaalde periode in mijn leven. 169 duidt op de crew van Onoe Caponoe, met wie ik getourd heb. Heel fijne gasten, en een rapper naar wie ik opkijk. Het grappige was dat hij op het einde van elke gig zijn broek afstroopte en de laatste songs in zijn onderbroek afwerkte. Ik vond dat zo cool dat ik dat ook wilde doen. Ze vonden dat een uitstekend idee, en zouden me – als ik de moed had om het te doen – achteraf dopen tot crewlid. And I did.”


Kijk wat je leuk vindt, waar en wanneer je wilt.

Ontdek Pickx Inloggen

Top

Top