Ronde van Vlaanderen 1986: Adrie, 34 jaar voor Mathieu

Sport | Adrie van der Poel woonde nog altijd bij zijn moeder en Mathieu was nog niet geboren toen hij in 1986, op zijn 26e, de Ronde van Vlaanderen won. In de jaren 1980 liet hij zijn polyvalentie op meerdere terreinen zien. Een terugblik op een uitzonderlijke carrière.

Door Tagtik

Deel dit nieuws

18 oktober 2020: Mathieu van der Poel is een fractie van een seconde eerder over de finishlijn van de 104e Ronde van Vlaanderen dan zijn eeuwige rivaal Wout van Aert. Hij is de eerste zoon van een ex-winnaar van de Ronde die Vlaanderens Mooiste op zijn naam kan schrijven. Hij pakte nog eens de bloemen in 2022 en is een van de drie topfavorieten voor de zege dit jaar...

Vader en zoon

Tussen de overwinning van vader Adrie en zoon Mathieu lag dus meer dan 34 jaar. De enige Nederlander die in die tussentijd de grootste Vlaamse klassieker kon winnen, was Niki Terpstra, winnaar in 2018.

We keren even terug naar 6 april 1996, de dag waarop de carrière van Adrie van der Poel (wiens broer Jacques ook profrenner was tussen 1986 en 1992) een hoge vlucht nam.

Aanval van Vanderaerden

Bij het begin van de finale, op de Koppenberg, valt het peloton uiteen na een aanval van Eric Vanderaerden, de winnaar van het jaar voordien. Alle renners die na de tiende positie zitten, moeten voet aan de grond zetten na een val vooraan van de Fransman Bruno Wojtinek op de gladde kasseien. Na de Koppenberg vormt er zich een kopgroep met Sean Kelly, Marc Sergeant, Steve Bauer, Greg Lemond en 3 renners van de Panasonic-ploeg: Johan van der Velde, Eddy Planckaert en Eric Vanderaerden. Van der Velde knapt al het werk op, maar kan niet voorkomen dat enkele renners uit de achtergrond terugkeren. Ferdi Van Den Haute, Jan Jonckers en wijlen Rudy Dhaenens komen ook vooraan postvatten.

Planckaert rijdt lek op het slechtste moment: hij wordt opgewacht door Van der Velde en de twee renners moeten alles uit de kast halen om bij de acht koplopers te komen.

Een Canadees aan de Muur

Planckaert en Bauer raken even voor Geraardsbergen alleen voorop, terwijl het peloton terugkomt bij de vluchters. De Canadees versnelt op de Muur, Planckaert moet lossen. Kelly, Criquelion, Fignon, Moser en Van der Poel liggen niet ver achter. Bauer kent mechanische pech na de Bosberg, terwijl het achter hem tot een algemene hergroepering komt. Drie renners komen tot bij de Canadees: Jean-Philippe 'Flup' Vandenbrande, Sean Kelly, de grote favoriet, en de geslepen Adrie Van der Poel. Kelly, enkele weken eerder winnaar van Milaan-Sanremo, zit in een zetel.

Een negende Nederlander wint de Ronde

De Ier begint vol vertrouwen aan de sprint, maar in de laatste meters plaatst Van der Poel een jump: tot grote verbazing van iedereen is de vader van Mathieu de negende Nederlander die de Ronde wint in de trui van Kwantum-Decosol. Vroege vogel

Van der Poel is niet de eerste de beste en geen onbekende in het peloton: vijf jaar eerder, in 1981, begon hij aan zijn profcarrière. In 1981 wint hij meteen een rit in de Dauphiné en in Parijs-Nice, waar hij tweede eindigde achter Stephen Roche. Hij wordt dat jaar ook tweede in de Waalse Pijl. In 1982 wint hij opnieuw een rit in Parijs-Nice en wint hij ook het Kampioenschap van Zurich.

Een verzamelaar van ereplaatsen

In het seizoen 1983 rijgt hij de ereplaatsen aan elkaar: hij eindigt 3e in de Ronde van Lombardije, 4e in Gent-Wevelgem, 4e in de Midi-Libre, 4e in Parijs-Brussel, 6e in Parijs-Roubaix, 7e in de Omloop Het Volk, 7e in Luik-Bastenaken-Luik en 8e in Parijs-Nice. Het seizoen 1984 is minder succesvol, maar in 1985 wint hij de Brabantse Pijl, Parijs-Brussel, de Clasica San Sebastian en de Scheldeprijs. Na de Ronde van Vlaanderen in 1986 wordt hij nog Nederlands kampioen op de weg in 1987. In 1988 wint hij Luik-Bastenaken-Luik, zijn tweede monument. In 1990 voegt hij nog de Amstel Gold Race toe aan zijn palmares. Succes in de Ronde van Frankrijk en in het veld

In de Ronde van Frankrijk draagt hij in 1984 de gele trui na een etappe die gewonnen werd door Ferdi Van den Haute. Hij wint later nog twee ritten, een in de sprint in 1987 en in 1988 de rit die lange tijd te boek zal staan als de snelste rit ooit in de Tour, met een gemiddelde van 48,927 km per uur. De ochtendetappe tussen Pau en Tarbes over 38 km is ook de derde kortste Touretappe ooit. Sindsdien haalden alleen Cipollini (50,355 km/u tussen Laval en Blois, 194,5 km, 1999), Pablo Lastras (49,938 km/h tussen Bordeaux en St-Maixent-L'Ecole, 203,5 km, 2003) en Johan Bruyneel (49,417 km/h tussen Evreux en Amiens, 158 km, 1993) een sneller gemiddelde in de Tour dan Adrie Van der Poel.

In het veldrijden werd hij wereldkampioen in 1996 en won hij de Superprestige en de Wereldbeker in 1997. Hij werd zes keer Nederlands kampioen in de cross. Gepakt op doping... na duif te hebben gegeten

In 1983 test hij positief op strychnine. Hij verklaart dat zijn schoonvader, Raymond Poulidor, duivenvlees voor hem had klaargemaakt. Nadat hij positief test, beseft hij dat die duiven gedopeerd moeten zijn geweest met strychnine. Mathieu, een van de twee zoons van Adrie, is goed op weg om een nog mooier palmares te verzamelen dan zijn vader die hem altijd met raad en daad bijstaat. Video : Ronde van Vlaanderen 1986


Kijk wat je leuk vindt, waar en wanneer je wilt.

Ontdek Pickx Inloggen

Top

Top