Waarom wielrenners niet altijd staan te springen voor een rustdag

Grote rondes zijn een van de lastigste evenementen voor een wielrenner. Drie weken dagelijks honderden kilometers afleggen op zoek naar dat ene moment van glorie. Meer dan 170 wielrenners doen zich tijdens deze Ronde van Frankrijk te goed aan steile klimmen en diepe dalen. En tijdens deze helletocht genieten ze amper van twee rustdagen.

Maar deze rustpauze is niet altijd naar de zin van de renners. Nadat ze dagenlang de ziel uit hun lijf hebben gefietst, kunnen de wielrennersbenen immers opzwellen en verdoofd raken wanneer de spieren rusten. Om dit euvel te voorkomen plannen de wielerteams meestal een kort uitstapje in zodat alle lichaamsdelen in beweging blijven. Je zou het misschien niet denken maar voor een wielrenner betekent een rustdag ook ‘persdag’: renners moeten op deze dag verplichte persmomenten bijwonen en lastige vragen beantwoorden. Je zou voor minder willen blijven fietsen!

Al is het maar één dag, rustdagen onderbreken vaak de flow waarin renners zich bevinden. Een rustdag kan zo’n grote impact hebben op een wielrenner dat ze het vaak moeilijker hebben om de dag nadien op hun fiets te springen. Omdat de druk even van de ketel was, duurt het voor sommige renners soms uren voordat de concentratie opnieuw aanwezig is.

Uit de geschiedenis van de Tour blijkt dat rustdagen soms synoniem stonden met pechdagen. In 1968 viel de Franse renner Raymon Poulidor in de etappe die volgde op een rustdag. Als klap op de vuurpijl reed een motor hem aan en moest hij de race gehavend verlaten. Vijf jaar later ging Poulidor tijdens een afdaling over een laag muurtje en moest hij opnieuw de strijd staken. Dit alles gebeurde opnieuw na een rustdag...

De dag na de rustdag in de Tour van 1995 bracht de de renners naar de Col de Portet-d'Aspet. In de afdaling viel de Italiaan Fabio Casartelli zwaar. De man droeg geen helm vanwege de hitte en stierf later aan zijn verwondingen. Gelukkig, maar ook ongelukkig, is Casartelli de laatste wielrenner die op de wegen van de Tour is omgekomen.

Rustdagen in een grote ronde zoals de Tour betekent traditioneel dat wielrenners wat tijd doorbrengen met hun geliefden. Door de coronamaatregelen zit dat er echter niet in voor deze Tour-editie. In plaats van familie te bezoeken, moet elke renner zich op deze dag laten testen op het coronavirus en dat brengt spanningen met zich mee. Een dag die eigenlijk rustig zou moeten zijn wordt op deze manier toch nog stresserend. Het is dan ook niet gek dat sommige wielrenners een rustdag liever kwijt dan rijk zijn.

Na deze tweede rustdag is het opnieuw tijd voor strijdlust. Op het menu voor de derde week van de Tour de France 2020 staat de spectaculaire ‘Col de la Loze’ en een mogelijks beslissende tijdrit op 'La Planche-des-Belles-Filles'. Laten we hopen dat de renners op krachten zijn gekomen.